Op het programma van de jaarlijkse Vlendag prijkt een hele lijst met korte lezingen, interessant genoeg om een kleine groep enthousiaste Zeeuws-Vlaamingen naar Nijmegen te lokken. René Jansen verzorgt de aftrap met een overzicht van de kerkzolder inventarisaties naar de Grijze grootoor in het Brabantse. Vooral aan de zuid en oostrand van de Provincie blijkt het dier nog aanwezig te zijn.

 

jungleman_door_johannes.jpg Freek Cornelis verhaalt over de eerste vondst van de Kleine dwergvleermuis in Nederland, waarbij fragmenten van opgenomen geluiden, en sonogrammen daarvan getoond worden. Maak altijd goede geluidsopnames, is hier de les.
Johan Thissen belicht de voortgang van de begrenzing van gebieden voor de Natura 2000 soorten. Het gaat om de Meer-, Ingekorven- en Vale Vleermuis. Mogelijk dat er ook nog iets voor de Bechsteins vleermuis kan worden gedaan.
In de pauze bezoeken we de aangekondigde natuurboekenmarkt, die met slechts twee tafeltjes wat tegen blijkt te vallen. Maar er wordt wel op taart getrakteerd en de vele bezoekers staan overal gezellig te kletsen.
Daarna twee lezingen over Watergebonden soorten: De eerste van Marc van Sijpe over de relatie tussen waterkwaliteit en jachtgebruik. De Watervleermuis blijkt op alle watertypen wel uit de voeten te kunnen, terwijl de Meervleermuis een voorkeur voor de wat schonere waterbiotopen lijkt te hebben. A-J Haarsma heeft aangetoond dat er in de Nederlandse kerngebieden waar de vrouwelijke Meervleermuizen in de kraamperiode verblijven (de grotere laagveengebieden) bijna geen Watervleermuizen aanwezig zijn. Het lijkt erop dat die eerstgenoemde soort de tweede actief verjaagt. Na de pauze springt de in zijn junglepak uitgedoste en vervaarlijk met zijn slagmes rondzwaaiende Pieter Blondé op tafel, om zo zijn verslag te doen van een onderzoek in Frans Guyana. Dat je in de mistnetten ook een luiaard kunt vangen was ons nog niet bekend.
De discussie met de zaal wordt even wat fel als Marc van der Valk de vraag poneert, of de Gewone dwerg niet uit de Flora en Faunawet kan. Er gaat immers zoveel zinloze tijd en energie aan verloren, die je beter aan soorten zou willen besteden die serieus in de problemen zitten. Maar van de extra beheersmaatregelen profiteren ook de andere soorten, wordt er tegengeworpen.
Uit het verhaal van Niels de Zwarte blijkt dat Leiden een heel monitoringsnetwerk over de stad gelegd heeft, waar op veel punten frequent geïnventariseerd wordt. Daaraan zouden wel meer steden een voorbeeld aan kunnen nemen. Verassend dat hier de meervleermuis zelfs tot midden in de stad over de watergangen vliegt.
Carolien van der Graaf leidt ons daarna door de vernieuwde website Vleermuisnet.nl rond.
Dat de Ruige dwergvleermuis een echte lange afstandtrekker is wordt duidelijk uit de lezing van Jasja Dekker. Een duidelijke stuwing langs de westkust blijkt vooralsnog niet uit het verspreidingsbeeld.
Diverse vleermuissoorten blijken zwermgedrag te vertonen bij de Limburgse groeven. Jaap van Schaik maakt aannemelijk dat voortplanting hier een belangrijke rol speelt.
En alsof het allemaal nog niet genoeg was werd er ook nog een extra lezing ingelast door Wilma Hazeleger over het gegeven dat vleermuizen drager kunnen zijn van bacteriën die voedselbederf  kunnen veroorzaken zoals salmonella. Dat blijkt voor één soort ziekte Campylobacter inderdaad het geval te zijn.
Helaas gaat de videopresentatie van Zomer Bruin niet door. Jammer dat om technische reden ook de Mysterybat niet door kan gaan, hoewel we daarmee toch ook het gevoel hadden dat ons zo een afgang bespaard bleef. Als nieuwkomers op deze dag kijken we terug op een leuke, afwisselende en erg informatieve dag.

 

Door Luciën Calle